Zorgscholing is al jarenlang een begrip als het aankomt op scholing in de zorg. Sinds de oprichting zetten oprichters Geertje van der Burgt en Edwin Jansen – beiden met een rijk verleden als professioneel zorgverlener – zich onverminderd in om de kennis in de zorg te vinden, te verbeteren én beter bereikbaar te maken . Dit doen ze natuurlijk met collega’s. In gesprek met Geertje en Edwin over Zorgscholing, de zorg nu en de toekomst ervan.
Terug naar het begin
Edwin en Geertje gaan al jaren terug. “Ik ben Edwin ooit tegengekomen tijdens een evenement (nota bene bij een kraam waar we allebei een frietje aten).
Na het evenement zochten de twee elkaar weer op, want de klik op inhoud en hoe zij allebei naar de zorg keken was er. Geertje: “De daaropvolgende keren dat Edwin en ik samen zaten, zijn we gaan inventariseren en kwamen we erachter dat er eigenlijk al heel veel goede scholing en kennis voor ZZP’ers en organisaties beschikbaar is, maar dat deze niet goed vindbaar is. Datzelfde gold voor trainers en aanbieders van scholing. Precies op dat punt zagen wij mogelijkheden om dat te verbeteren en een rol te pakken. Dat was het begin van Zorgscholing”.
Kennis delen
Vanaf het begin was duidelijk dat veel kennis er dus wel was, maar onvoldoende vindbaar. “Er zijn veel trainers die echt goede trainingen aanbieden. Maar als ze niet online gevonden worden, is dat een gemiste kans. Zeker omdat zorgverleners en organisaties vaak veel baat hebben bij deze kennis. De rol van Zorgscholing is min of meer die kennis in de etalage zetten en zo vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Kennis delen, dat is onze missie. Want zo maken we samen de zorg beter.”
Ontwikkelingen in de zorg
Zowel Edwin als Geertje volgen vanzelfsprekend de ontwikkelingen in de zorg op de voet. Edwin: “Wat je nu – en ook de laatste jaren – veel ziet gebeuren is dat er een enorm tekort aan goede zorgverleners aan het ontstaan is. Zij gaan de zorg uit, vaak omdat er te veel van hen gevraagd wordt.” Geertje vult aan: “Voor ons als Zorgscholing hebben we natuurlijk veel contact met cursisten, organisaties en trainers. Zo zijn we goed op de hoogte van thema’s die spelen. We signaleren veel, maar krijgen ook veel vragen, uit alle kanten. Daar proberen wij als Zorgscholing een antwoord op te formuleren. En dat vervolgens weer te delen met de mensen die er baat bij hebben.”
De rol van Zorgscholing
In de visie van het verbeteren van de zorg kan Zorgscholing een grote rol spelen. “Door onze cursussen en trainingen zo goed mogelijk af te stemmen op de praktijk en de vraag vanuit het werkveld, geef je de zorgverleners meer regie over hun handelen. Dat is enorm belangrijk vind ik.”, aldus Edwin. “Daarin gaan we verder”, vult Geertje aan. “We leggen aan cursisten uit wat de risico’s zijn van de handelingen die zij uitvoeren. Ook wanneer je dingen zou gaan doen waar je geen verstand van hebt of niet toe bevoegd bent. Niet alleen voor henzelf, maar zeker ook voor de patiënt. Het benadrukken van de autonomie van patiënten krijgt daarnaast ook veel aandacht, omdat we merken dat daar behoefte aan is. Ik denk ook echt dat dit een stukje is wat we als professionals in de zorg enorm serieus moeten nemen, om het gevoel van autonomie, van eigenwaarde van patiënten vast te houden. Want bijvoorbeeld een kopje koffie smaakt toch lekkerder als je dat als patiënt zelf nog kunt inschenken.”
Tot slot
Hoe Zorgscholing bijdraagt aan een betere toekomst van de zorg? Edwin: “We helpen om zorgverleners goed te scholen en zorgen dat ze goed op de hoogte zijn van bestaande wet- en regelgeving. Zo kunnen zij bekwaam en bevoegd blijven, zonder dat dat de hoofdprijs hoeft te kosten.” Geertje: “Zoals ik al zei moeten we met iedereen samen kritisch kijken naar de zorg. Dus eigenlijk hebben we geen concurrentie. We willen samen aan de slag. Daarom willen we kennis en kunde delen, omdat het zo’n enorm vraagstuk is. Als we dat op de juiste manier aanpakken, kan de juiste zorg bij patiënten geleverd worden. Zo krijgt iedereen de zorg die ze nodig hebben en verdienen door professionals die zich toegerust voelen en zo de allerbeste zorg kunnen verlenen.”